AFSTAND
10 kilometer
GESCHATTE TIJD
2 dagen
HOOGTEMETERS
1.437 meter
START HOOGTE
2.291 meter
HOOGSTE PUNT
3.631 meter
MOEILIJKHEIDSGRAAD
Alpien – Eenvoudig (F)
De Oberaarhorn is een mooie bergtop van 3.631m aan de oostkant van het Jungfrau gebied. Met de Oberaarjochhütte vlakbij op 3.251m is het een ideale tocht voor beginnende alpinisten zoals wij in een prachtige omgeving. De beklimming van de Oberaarhorn en het verblijf in de Oberaarjochhütte zijn voor ons een goede manier om te acclimatiseren voor de rest van de tochten die we in de zomer willen maken.
Een goede voorbereiding
De beklimming van de Oberaarhorn zal voor ons de eerste keer zijn dat we ons op een grote gletsjer bewegen zonder een berggids. Dat zorgt bij ons voor de nodige spanning. We hebben in de afgelopen jaren veel ervaring opgedaan op gletsjers en verschillende cursussen gevolgd. Onze berggids heeft ons vorig jaar verteld dat we klaar zijn voor tochten zoals deze. Nu moeten we dat alleen ook echt gaan waarmaken. De Oberaarhorn is een makkelijke beklimming (F) en past prima binnen ons straatje. De Oberaargletsjer die eronder ligt is ook niet steil maar wel lang. Op de foto’s en beschikbare informatie zien we echter dat er flinke breukzones met grote (deels ingesneeuwde) spleten ligt. Het is dus niet het type terrein om zonder ervaring en kennis op pad te gaan.
We twijfelen dus of wij wel genoeg ervaring en kennis hebben voor deze gletsjer. Daarom bereiden we ons zeer goed voor en zoeken we op internet zoveel mogelijk informatie als we kunnen vinden. Met behulp van verschillende klimgidsen, Google streetview foto’s en informatie van de huttenwaard zorgen we ervoor dat we alles te weten komen wat we vooraf kunnen vinden. We frissen onze gletsjer reddingstechnieken 3 uur lang op in onze woonkamer en pakken ons materiaal in. Ook bepalen we vooraf ons tempo en bespreken we vooraf de besluiten die we willen nemen. Zo hoeven we dat niet meer op de berg te doen.
Wat ook niet mee helpt is het weer. Voor zowel de dag naar de hut als de twee dagen daarna wordt er in de middag slecht weer voorspeld met kans op onweer. Met onweer is het niet fijn om op een gletsjer te zitten waar je zorgvuldig moet navigeren om gletsjerspleten te vermijden. Toch lijkt het weer wat op te trekken en hebben we het vertrouwen dat we voor de middag bij de hut kunnen zijn. We besluiten om simpelweg te kijken hoe ver we komen en om te keren als het echt niet gaat. Met al deze voorbereiding rijden we aan het eind van onze werkdag weg uit Oostenrijk naar de Furkapas in Zwitserland om daar te overnachten en de volgende dag te starten met onze tocht.


De Oberaargletsjer oversteken
In de vroege ochtend rijden we van de Furkapas naar de Grimselpas. Om bij de Oberaarsee te komen moeten we precies tussen 7:00 en 7:10 bij de Grimselpas zijn. Het is een kwartier rijden naar de Oberaarsee en het ene halfuur is de tolweg gereserveerd voor auto’s die deze kant op gaan. Een half uur later kunnen de auto’s weer terug. We pakken onze rugzak en beginnen aan de tocht van ongeveer 5 kwartier langs de Oberaarsee om bij de gletsjertong te komen. Daar volgen we de moreen die rechts langs de gletsjer loopt. Onderweg zijn we onder de indruk van de Oberaargletsjer die voor ons ligt en we proberen te ontdekken of we de oriëntatiepunten kunnen vinden die we vooraf bedacht hebben.
Het punt om de gletsjer daadwerkelijk op te gaan blijkt nog lastig om te bepalen. Uiteindelijk lopen we iets te lang door en beseffen we dat lopen over de gletsjer sneller zal zijn dan wegzakken in het losse puin van de moreen. De gletsjer is hier volledig verijsd en er is dus geen spoor dat we kunnen volgen. Het is vandaag rustig met andere wandelaars en dus zullen we het toch echt zelf moeten doen. We zijn alleen met de steenbokken en gemzen die ons vergezellen op de rotswand.Toch zien we in de verte een paar mensen afdalen zodat we een klein richtpunt hebben. We bepalen zelf onze route over de gletsjer en proberen vooral uit de buurt van steenslag te blijven.
Vanaf 2700 meter hoogte komen we meer sneeuw tegen en besluiten we om ons in te binden in het touw. Dat is nog een beetje vroeg want zodra de gletsjer steiler wordt lopen we weer volledig op ijs. We lopen nu midden in de verijsde breukzone en uit veiligheid proberen we alle sneeuwbruggen over de gletsjerspleten ter vermijden. Het zorgt ervoor dat we lang op zoek zijn naar een doorgang in het doolhof van gletsjerspleten. Even lijkt het erop dat we onszelf vastlopen, maar dan worden de spleten kleiner en staan we voor de volgende uitdaging: sneeuw.

Overnachten in de Oberaarjochhütte
Op 2900 meter hoogte is de gletsjer bedekt met sneeuw en kunnen we ook andere sporen waarnemen. Dit maakt het iets makkelijker om een route te vinden over de gletsjer, al is er nog steeds het risico om in een gletsjerspleet te belanden. Waakzaam vervolgen we onze weg naar boven, wetende dat er onder ons grote gletsjerspleten liggen. Om half één staan we op de pas en hebben we zo’n 1000 meter geklommen over de lange Oberaargletsjer. We zien de Oberaarjochhütte nog zo’n 50 meter hoger liggen. We klimmen via rotsen en trappen snel omhoog (i.v.m. grote kans op steenslag) en zijn dan bij de hut. Deel 1 van de tocht is geslaagd!
In de Oberaarjochhütte is het stil. Er is niemand, behalve de huttenwaard die druk bezig is met het beantwoorden van annuleringen per telefoon. De hut is al niet groot, maar we begrijpen dat er vandaag echt heel weinig andere wandelaars zullen komen. Het weer wordt slecht en de vooruitzichten worden ook niet beter. Aanvankelijk was ons plan om twee nachten te overnachten in de hut, maar we besluiten de volgende dag af te zullen dalen. Het beklimmen van de Oberaarhorn en het afdalen duurt ongeveer 3 uur dus met redelijk weer in de ochtend kunnen we dat nog wel doen. De hele dag in de hut zien we echter niet zitten. We kunnen dan net zo goed afdalen en voor het slechte weer beneden proberen te zijn.

In de middag arriveren er nog 6 wandelaars die in de hut zullen blijven slapen. Twee wandelaars komen van de Finsteraarjochhütte en dalen morgen af naar de Oberaarsee. Dat is de laatste etappe van een huttentocht die op het Jungfraujoch start en volledig over gletsjers loopt! Vier andere wandelaars uit Liechtenstein hebben, net als wij, het plan om de Oberaarhorn te beklimmen. Om het slechte weer voor te zijn en omdat we de zonsopgang willen zien vanaf de top besluiten we om half 5 te vertrekken en later te ontbijten in de hut. We gaan daarom vroeg naar bed in het rustige lager en wachten tot de wekker af zal gaan in de vroege ochtend.
Oberaarhorn met zonsopgang
Om kwart voor 5 staan we buiten voor de hut, want het blijft moeilijk om daadwerkelijk op tijd te vertrekken. Het is pikkedonker, koud en het waait ook nog eens hard. Toch lijkt het weer niet slecht voor zover we kunnen zien en dus gaan we op pad. Hier wordt meteen een belangrijke les duidelijk: Bekijk altijd vooraf de route die je de volgende dag wilt starten, zeker als je de tijd hebt! De route naar de Oberaarhorn gaat vanaf de hut direct zo’n 30 meter bijna recht omhoog. Een dag eerder dacht ik na een korte blik de route wel te weten, maar nu kan ik de rode stippen nergens vinden. Het zorgt ervoor dat we het onszelf moeilijker maken dan nodig in die eerste meters, maar gelukkig vinden we daarna al snel weer het juiste spoor.


De rode stippen gaan over in steenmannetjes en feitelijk zijn we nu weer op onszelf aangewezen om een pad te vinden. Het begint nu ook iets lichter te worden en dan is het prima te doen. Om ons heen zien we tientallen verschillende wolkenlagen die zich afzetten tegen de paarse ochtendlucht. Het is een prachtig beeld om maar te blijven kijken, maar wij moeten door. Vanaf 3400 meter ligt er meer sneeuw en ijs op de rotsen en besluiten we onze stijgijzers om te doen. Zo hebben we meer grip en kunnen we sneller klimmen. We gaan omhoog over 3 schuine sneeuwhellingen en zien dan de top voor ons liggen. Nog een laatste lange passage over de sneeuw en dan komen we aan bij de rots waar het topkruis op staat.
Na anderhalf uur staan we op de top van de Oberaarhorn. We hebben de zonsopgang net gemist, maar door de dunne wolkenrvrije streep aan de horizon zagen we er al niet veel van. Wat we wel zien is het prachtige uitzicht. We zijn omgeven door de gletsjers van het Jungfrau gebied en kijken neer op de Oberaargletsjer en de Oberaarsee die we vandaag nog van dichterbij zullen zien. Samen met het spel van de wolken is het een plaatje om naar te kijken. We zijn vooral ook trots op onszelf dat we deze gehele tocht zelfstandig hebben afgelegd. Onze eerste echte top waar we op eigen benen staan en weer een hoop hebben geleerd. De weersomstandigheden worden nu ook zichtbaar slechter en de wolken nemen toe. We besluiten weer af te dalen om op tijd terug te zijn bij de hut.

Afdalen voor het ontbijt
Dat het beklimmen van een bergtop maar één deel is van een geslaagde tocht besef ik mij weer op de terugweg. Ik heb al langer een lichte hoofdpijn, maar krijg nu ook last van andere symptomen van hoogteziekte. Ik voel me misselijk en koud en wil graag naar beneden. Door de verslechterde weersomstandigheden dalen we niet zo snel af als ik zou willen en het gevoel wordt daardoor ook niet minder. Wanneer de wolken af en toe wegtrekken probeer ik te genieten van het uitzicht op de Studergletsjer ten westen van ons. Toch wil ik vooral graag terug naar de hut. Als die uiteindelijk in zicht komt gaat het alweer een stukje beter en ben ik blij dat we even naar binnen kunnen.
Het is inmiddels half 8 en dat vind ik een prima tijdstip voor een ontbijt. Gelukkig staat het ontbijt nog klaar in de hut en we laten het ons goed smaken. Ik knap al snel weer op en samen nemen we nog eens door hoe gaaf deze beklimming is. De Oberaarhorn ligt zeer afgelegen. Dat gevoel heb je al zodra je de gletsjer op stapt en blijf je houden of je nou in een bijna lege berghut slaapt of op een top staat omgeven door gletsjers. De Oberaarhorn ligt zeer afgelegen. Dat gevoel heb je al zodra je de gletsjer op stapt en blijf je houden of je nou in een bijna lege berghut slaapt of op een top staat omgeven door gletsjers. Er zijn geen kabelbanen te vinden die je naar deze omgeving brengen en je ontmoet alleen maar wandelaars die dezelfde gletsjers zijn overgestoken. Dat maakt de beklimming van de Oberaarhorn voor mij één van de mooiste tochten die ik heb gemaakt.

DE OBERAARHORN LIGT ZEER AFGELEGEN. DAT GEVOEL HEB JE AL ZODRA JE DE GLETSJER OP STAPT EN BLIJF JE HOUDEN OF JE NOU IN EEN BIJNA LEGE BERGHUT SLAAPT OF OP EEN TOP STAAT OMGEVEN DOOR GLETSJERS
Na het ontbijt pakken we onze spullen weer in, want we hebben nog een lange weg te gaan. We moeten nog afdalen over de Oberaargletsjer die we gisteren zijn opgeklommen. Deze keer is het voor ons al minder spannend dan een dag eerder. Sylvia zakt met één been in een gletsjerspleet en daar blijft het gelukkig bij. Doordat we het spoor volgen van bovenaf komen we ook op het juiste punt bij breukzone uit. Hierdoor steken we deze in korte tijd over en zijn we ook weer snel beneden. De wandeling terug langs de Oberaarsee is lang en zwaar met alle alpiene bepakking. Maar zodra we terug zijn bij de auto voelen we ons weer euforisch. Vanaf hier kijken we terug over de Oberaarsee, naar de Oberaargletsjer en de Oberaarhorn die er boven uitsteekt. Het is gek om te beseffen dat we hier 6 uur eerder nog aan het ploeteren waren. Nu zijn we weer terug en een hele ervaring rijker!