Wandeling in Lepushë, een verborgen vallei in Albanië
- Start hoogte: 1276 meter
- Hoogtemeters: 900 meter omhoog & omlaag
- Hoogste punt: 2040 meter
- Duur: 4 uur
- Afstand: 10 kilometer
- Moeilijkheid: Gemiddeld
Na een warme zomer trekt de eerste kou weer bij ons binnen. Diep verscholen in een vallei in de Albanese bergen is het amper boven de 5 graden uitgekomen. Het was een koude nacht, maar ons campertje hield ons gelukkig goed warm. Net zoals gisterenavond de haard bij onze Albanese hosts in de keuken deed.
Nadat we de luxe van Kroatië achter ons hebben gelaten zijn we drie grensovergangen overgereden om naar Albanië te gaan. Het meest zuidelijke puntje van onze reis. Op zoek naar het dorpje Lepushë en de enige camping die daar zal zijn. Lepushë is een onbekende plek waar her en der een huisje geplaatst is. Onderweg kom je de loslopende varkens, biggetjes, koeien en geiten tegen. Kinderen die er gillend achteraan rennen en afval aan alle kanten van de weg. Een redelijke cultuurshock kan je het wel noemen. Maar met natuur zo mooi. Scherpe rotswanden toornen hoog boven ons uit. Toen we na een lange dag rijden in Lepushë aankwamen, stonden we onverwachts voor een Albanees guest house. De Balkan staat er om bekend, de hoeveelheid van guest houses en de gastvrijheid van de mensen. Ondanks dat ze amper een woord Engels spreken, kregen we een hoop eten en drinken geserveerd. Heel de tafel was gedekt, maar eigenlijk wilden we vooral even rust. Morgen staat er namelijk weer een lange wandeling op de planning dus we willen graag op tijd ons bedje in. Uiteindelijk lukt dat wel en kunnen we goed uitrusten voor de wandeling.

Kwaliteit van wandelapden in Albanië
In de ochtend vertrekken we voor het eerst sinds lange tijd weer met dikke kleding aan. Amper 4 graden en dat is zeker even wennen. We volgen het pad verder de vallei in en komen op nog geen 200 meter verder de camping tegen waar we eigenlijk wilden gaan staan. Ook deze is helemaal verlaten. Het enige leven dat we in het eerste uur tegenkomen is een blaffende hond die vastgeketend is aan een hok en loslopende koeien. Ik heb het te doen met de hond en zou hem het liefst vrij laten. Het is soms lastig te zien hoe de dieren hier leven, al zijn er ook goed verzorgde dieren die alle ruimte hebben. Wij vervolgen de weg over een goed aangelegd pad. Zonder verwachtingen zijn we hier gaan wandelen maar het valt ons op dat de paden eigenlijk best wel goed zijn. Het eerste deel van de route loopt voornamelijk door bos, met af en toe een open vlakte. Het loopt eigenlijk wel lekker. Na een tijdje komen we de eerste andere wandelaars tegen. Het is een groep jongeren in joggingpak met kampeeruitrusting. Niet lichtgewicht in een kleine rugzak, zoals in het westen de trend is. Maar grote boodschappentassen met dikke slaapmatten en slaapzakken. Zo kan het natuurlijk ook!

Route zoeken naar de top
Wanneer we verder lopen krijgen we steeds mooier uitzicht over de vallei waar we vandaan kwamen. De steile rotsen en de ruigheid van het terrein, afgewisseld met vlakke velden, maakt het een prachtige omgeving. We snappen wel waarom de Balkan steeds meer in trek is. Onderweg besluiten we om niet het steilste deel naar de top te volgen, maar het vlakkere pad. Achteraf gezien is dat maar goed ook, want het steilere deel lijkt helemaal geen pad te zijn. Toch niet alle paden zijn dus zo goed aangegeven. Ook via het vlakkere pad moeten we soms goed zoeken welke kant we nu eigenlijk op moeten. Gelukkig is de berg zelf niet zo steil en kunnen we ook door het gras en het puin onze weg vinden. Na een tijdje komen we uit bij ons eerste topje, de Talijanka op 2057 meter. Hier staat geen Mariabeeld, maar wappert de vlag van Albanië. Tijd voor een foto dus!


Over de grens naar Montenegro
Vanaf de top kijken we zo Montenegro in. Hier ligt namelijk een kleine bergrug die precies de grens tussen deze twee landen aan lijkt te duiden. We lopen over de kam naar de volgende top die aan de andere kant van de grens ligt. De naam hiervan is voor mij onbekend want hij is geschreven in het cyrillisch en zo goed is mijn talenkennis helaas niet. Inmiddels is de wind flink aangetrokken en wordt de lucht steeds bewolkter. We weten dat komende dagen veel regen wordt verwacht en het lijkt nog eerder binnen te trekken dan verwacht. We houden even kort pauze en ondertussen komen ook andere toeristen onze kant op. Zij zijn vanuit Montenegro omhoog gewandeld en na enige tijd te kletsen in het Engels komen we erachter dat het ook Nederlanders zijn. Je komt ze ook overal tegen 😉 (al zullen zij dat natuurlijk ook van ons zeggen)
Vanaf de top kijken we zo Montenegro in.




In de miezer terug
We besluiten daarna snel om te keren en het kortste pad terug te lopen. Ook hier is het pad weer goed aangelegd en makkelijk te lopen. Zo dalen we gemakkelijk en vrij snel weer af en Bruno kan zich even uitleven op de grote grasvelden die we tegenkomen. Tot onze verbazing komen we nog een groepje scholieren tegen, ook weer veel in joggingbroek en zonder rugzak. Het is zeker nog een aantal uur lopen naar beneden, maar zij gaan eerst nog naar boven. Terwijl de regen niet lang meer zal duren. We kijken ze nog even na terwijl wij weer verder afdalen. Een droge lunch halen we al niet eens meer, dat betekent dus weer spullen inpakken en verder wandelen. Het voordeel van reizen in een camper is dat droge kleding en fijne droge ruimte altijd op je staat te wachten. Met die gedachten lopen we relaxed weer door. Terug in het bos voelen we de druppels steeds minder, de lucht ruikt heerlijk en je voelt dat de herfst in aankomst is. Als we de camper weer in het vizier hebben, horen we ook de hond weer blaffen. Al die tijd eenzaam vast aan een korte lijn. Ik denk dat ik daar de komende weken ook niet aan ga wennen.

